Een week of twee geleden mailde hij me voor een intakegesprek. Medewerker van een technisch bedrijf, op zoek naar een loopbaancoach. De eerste afspraak moest hij annuleren vanwege een fikse verkoudheid – in het mailverkeer dat tot de tweede afspraak leidde, merkte hij op dat hij enorm uitkeek naar onze kennismaking.

Gisteren spraken we elkaar. Een aardige vent, communicatief vaardig, vriendelijk en toegankelijk. Achterin de dertig, goed opgeleid, mooie werkervaring bij drie verschillende technische bedrijven als werkvoorbereider en projectleider. De arbeidsmarkt ligt aan z’n voeten, zou je zeggen.

Het bedrijf waar hij nu werkt, is de laatste jaren hard gegroeid. Dat brengt de nodige veranderingen in de structuur met zich mee. Werkzaamheden worden verdeeld, taken opgeknipt, en zijn baan is daardoor smaller geworden. Vindt ‘ie jammer. En ja, ook hij weet dat de arbeidsmarkt schreeuwt om personeel, zeker in de techniek, dus een andere baan vinden is voor hem een makkie. Dus ik vroeg hem wat hij bij mij kwam doen.

Hij vertelde me dat hij twijfelt over de richting. Blijft hij in deze technische omgeving werken? Of toch wat meer de besturingskant op? Misschien leidinggeven? Automatisering? Wel of geen commerciële taken? Kortom, eerst een pas op de plaats en gedegen onderzoeken waar hij voor kiest, en pas dan gefundeerd kiezen voor een nieuwe baan en werkomgeving. Heel verstandig! Want hoe beter je je voorbereidt en je verdiept in wat nou écht bij jou past, hoe steviger je keuzes. Hoe sterker je verhaal in je sollicitatiegesprekken. En hoe groter de kans dat je volgende loopbaanstap een succesvolle is. Op weg naar een baan die op je lijf geschreven is.

Daar gaan we dus mee aan de slag. Hulde voor zo’n verstandig besluit; geen overhaaste “vlucht” van een baan die je niet meer bevalt. En hulde ook voor zijn werkgever, die zich realiseert dat er een gewaardeerde medewerker gaat vertrekken, maar ook hoe belangrijk het is dat dit hoort bij goed werkgeverschap. Dat hij een ambassadeur blijft voor dit bedrijf. En dat hij, straks, via de voordeur en met opgeheven hoofd, kan vertrekken. Zo hoort het.